Een dag in het hart van het peloton met de Neutrale Materiaalwagen

Door Martin van den Bosch

Wielerliefhebbers zien aan het einde van de wedstrijd het liefst de sterkste renner zegevieren. Het lot beslist soms anders. Om te voorkomen dat pech een doorslaggevende factor wordt, rijden er in het peloton meerdere neutrale materiaalwagens. De blauwe auto’s van het Japanse fietsonderdelenmerk Shimano zijn inmiddels een begrip in de wielerwereld. Wij reden een dagje mee en kregen een blik achter de schermen uit het hart van het peloton.

Extra ondersteuning
Op een gure zaterdagmorgen sluiten we aan tijdens de Tacx Pro Classic, de laatste profkoers van het jaar op Nederlandse bodem. De Zeeuwse wind kan onderweg voor een nerveuze koers zorgen, waardoor de hulp van een neutrale wagen welkom kan zijn. Ploegen en volgers verzamelen zich rond het middaguur voor de start. Omdat iedere ploeg in deze wedstrijd met slechts één teamauto van start gaat, is extra ondersteuning geen overbodige luxe.

Op het dak van de blauwe Skoda Octavia staan vier fietsen, allemaal afgemonteerd met Shimano Dura Ace. Omdat de renners met verschillende schoenplaatjes rijden, zijn er fietsen met pedalen Shimano SPD, Look en Time beschikbaar. Deze wedstrijd zijn er drie neutrale auto’s in koers, met daarin een chauffeur en een mecanicien. Vandaag rijden we mee met Johan en Marcel.

Wagen vol materiaal
Een blik in de wagen leert ons dat er op het eerste gezicht niet heel veel verschil is met een standaard Octavia. Aan de passagierskant zit een koersradio, waardoor de laatste ontwikkelingen in de wedstrijd gevolgd kunnen worden. Daarnaast is er een extra communicatiesysteem waarmee de neutrale wagens onderling kunnen communiceren. De hoofdsteun van de bijrijdersstoel is weggehaald, zodat mecanicien Marcel makkelijker kan meevolgen wat er op de weg gebeurt. De achterbank en kofferbak liggen vol met voor- en achterwielen, wachtend op het moment om in actie te komen. Mecanicien Marcel zit rechts achterin de wagen omdat renners na materiaalpech altijd aan de rechterkant van de weg moeten stoppen.

Na het startschot begint de koers met een periode van neutralisatie, waarin de karavaan in een slakkengangetje de stad uitrijdt. Wanneer de wedstrijd straks losbarst, positioneert één auto zich direct achter de kopgroep. Daarnaast rijdt er nog een tweede auto voor het peloton, die achter een eventuele tweede groep zal komen te rijden. De derde wagen rijdt achter het peloton komt in actie als de wegen smaller worden en/of peloton gaat breken.

Kennersoog
Na de officiële start ontstaat er op weg naar Vlissingen al snel een kopgroepje. Wanneer het verschil meer dan dertig seconden is, zet Johan de wagen in de berm om de leiders voorbij te laten rijden. Eenmaal gepasseerd, nestelt de auto zich pal achter de kopgroep. De blik van Marcel richt zich direct op de fietsen van de renners. ‘Drie keer disc’ klinkt het vanaf de achterbank, waarna hij begint te schuiven met wielen. Mocht er iets gebeuren, dan heeft hij het juiste wiel direct bij de hand.

Het peloton vindt het prima en geeft de vluchters de ruimte. Er breekt een rustige periode aan. Het biedt ons de kans om de passagiers beter te leren kennen. Zowel Johan als Marcel zijn ‘ingerold’ in het project dat ooit opgestart is door Cees Priem. De voormalig Raleigh-renner en ploegleider van TVM begon met de neutrale service eind jaren ’90 en vroeg later zijn oud-ploeggenoot Ko Blok te helpen met de coördinatie. Streekgenoten Johan en Marcel werden door hem gevraagd om eens te kijken of het iets voor hen was. Ze waren al snel verkocht en hebben inmiddels beiden een licentie voor het besturen van een auto in het peloton.

Het is voor de mannen geen full-time baan. “Ik werkt hiernaast nog als vrachtwagenchauffeur”, licht Marcel toe. “Toch ben ik dit jaar al meer dan vijftig dagen onderweg geweest en heb ik meegereden in koersen van Australië tot China”, zegt hij trots. De auto’s zijn bij meerdere wedstrijden te vinden. In grote koersen als de Ronde van Vlaanderen of het WK zelfs met vier stuks of meer, plus nog eens twee motoren. Medewerkers die er hun beroep van hebben gemaakt, kunnen in een jaar wel tot 140 dagen op pad zijn.

Bevoorrading vanuit de wagen
Onderweg leren we dat de neutrale service naast pechhulp, ook ondersteunt bij de bevoorrading. Vanuit de ploegleiderswagen van een van de ploegen geeft een verzorger door het raam repen en gelletjes door. Even later meldt een renner van de ploeg zich bij het achterraam van de auto, waarna de voeding wordt doorgegeven. Marcel wordt vriendelijk bedankt, waarna de renner weer aansluit bij zijn medevluchters. “In het begin denk je nog wel eens ‘daar rijdt Peter Sagan’, maar na verloop van tijd wordt het de normaalste zaak van de wereld dat je tussen de grote namen rijdt. Over het algemeen is iedereen heel vriendelijk en gedragen de renners zich net als jij en ik”, legt Marcel uit.

In de Zeeuwse regen is er niet veel vraag naar extra bevoorrading, maar dat is wel eens anders. “In de Tour Down Under waren de bidons niet aan te slepen”, herinnert Marcel zich. “Het was toen tegen de veertig graden. Er zaten op een dag renners van acht verschillende ploegen in de kopgroep, waardoor we in de koelbox ook acht verschillende bidons hadden. Het water was toen niet aan te slepen.”

Bijzonder inkijkje
Wanneer in de finale de kopgroep dreigt te worden ingelopen, wordt onze wagen door de jury weer naar voren gedirigeerd. Als een volleerd rallyrijder gidst Johan, onder goedkeurend oog van de politiemotoren, de auto in een sneltreinvaart over de smalle Zeeuwse dijkjes. “Dit is inderdaad wel een van de mooie dingen aan zo’n dag achter het stuur”, bekent hij lachend.

Marcel hoeft ondanks het slechte weer onderweg niet de wagen uit om een lekke band te vervangen. “Dat gebeurt tegenwoordig steeds minder. Doordat de renners met een soort gel in de banden rijden, wordt er veel minder lek gereden dan vroeger,” legt hij uit.

In de slotfase zien we niet veel meer van de wedstrijd, maar onderweg hebben we mooi inkijkje gekregen van hoe het er aan toegaat in een peloton. Dat is voor Johan ook een belangrijke reden om dit werk te doen. “Je kan een wedstrijd vanaf de bank volgen, maar op deze manier kom je er wel heel dichtbij. Dat maakt het toch wel bijzonder.”